Organisaties veranderen. En organisaties veranderen soms ook niet, of niet precies zoals we dat zouden willen. Managers en adviseurs hebben vaak een groot geloof in de maakbaarheid van organisaties. Als een verandering niet lukt, is dat meestal reden om een nieuwe verandering op gang te brengen, of een andere aanpak te kiezen. Het is zelden reden eens stil te staan bij waarom het blijft zoals het was, of niet wordt zoals men wil.
‘Onveranderbaarheid van organisaties’ gaat over de grenzen van de veranderbaarheid, ofwel de onveranderbare kant van organisaties. Wat maakt nu dat organisaties zich niet zomaar laten veranderen? Welke rol spelen mensen daarin? Wat doet macht? Welke systeemeigenschappen beschermen het bestaande? Welke rol speelt toeval?
Om deze en andere vragen te beantwoorden, laten de auteurs zich inspireren door essays van vooraanstaande wetenschappers uit acht wetenschapsgebieden, waaronder de biologie, taalkunde, bouwkunde en filosofie. Ze komen tot de conclusie dat de onveranderbare kant noodzakelijk is voor het voortbestaan van organisaties en dat zicht op het onveranderbare een waardevolle aanvulling is in het veranderkundig denken.
Dit boek biedt geen recepten waarmee onveranderbaarheid alsnog weg te toveren is. Het is geschreven voor hen die regelmatig geconfronteerd worden met de onveranderbare kanten van organisaties en die meer willen weten over waar de grenzen eigenlijk liggen.
Preview ONveranderbaarheid van organisaties
Over de auteurs
Leike van Oss en Jaap van ’t Hek zijn organisatieadviseurs, interimmanagers, docenten, coaches en sprekers en sinds 1998 eigenaren van adviesbureau Organisatievragen. Hun vorige boeken Onveranderbaarheid van organisaties en Ondertussen werden allebei genomineerd als Boek van het Jaar door de Orde van Organisatieadviseurs. In 2014 verscheen Onderweg, dat genomineerd werd als Managementboek van het Jaar en bekroond werd als Boek van het Jaar door de Orde van Organisatieadviseurs.
Recensies ONveranderbaarheid
Ben Kuiken, Kortom: een aanrader.
In hun boek Onveranderbaarheid van organisaties vragen Leike van Oss en Jaap van ’t Hek aandacht voor de slecht begrepen en nauwelijks gewaardeerde kant van organisaties: haar identiteit. De auteurs sturen alle verandermanagers weer terug in hun hok.
Verandering moet, verandering is goed. Dat is althans de heersende gedachte in het moderne bedrijfsleven en zelfs bij de overheid. En dus storten we ons als lemmingen van de ene reorganisatie in de andere herpositionering. Allemaal om de markt voor te blijven, niet te verstarren of anderszins achterop te raken.
Uit onderzoek blijkt echter dat we er niet zo goed in zijn, in veranderen. Maar liefst veertig tot zeventig procent van alle veranderingen (de meningen verschillen nogal) loopt vroegtijdig vast of levert niet het gewenste resultaat op. Maar in plaats van dan maar eens even pas op de plaats te maken, gooien we er nog maar weer een verandertraject tegenaan. Het dode paard moet en zal in de benen komen, of het nou wil of niet.
Misschien, zo opperen organisatieadviseurs Leike van Oss en Jaap van ’t Hek voorzichtig, is verandering helemaal niet zo vanzelfsprekend. Misschien moet je sommige delen van de organisatie wel helemaal niet willen veranderen omdat je dan wel eens zijn identiteit zou kunnen aantasten. ‘Een organisatie die in alle opzichten veranderbaar zou zijn, is als een windvaan zonder stok of als een wiel zonder as,’ schrijven ze.
Onveranderbaarheid van organisaties vraagt aandacht voor de onveranderbare kant van organisaties. Opdat we de veranderingen en waarom die zo vaak mislukken beter gaan begrijpen. Dat is niet alleen een originele invalshoek, zij is ook broodnodig gezien de enorme ellende die alle veranderzucht momenteel aanricht. Origineel zijn ook de Intermezzo’s waarin wetenschappers van zeer divers pluimage schrijven over verandering en onveranderbaarheid in hun vakgebied. Zo kom je als lezer van alles te weten over aardappelziektes, taalvorming, filosofie en de gebouwde omgeving. Dat, en de bijzondere invalshoek, maakt dit boek zo veel interessanter en leuker om te lezen dan het zoveelste boek over verandermanagement. Kortom: een aanrader.
Friso van Abbema, complimenten
Waarom zouden managers en adviseurs altijd moeten denken vanuit het perspectief dat verandering beter is voor een organisatie? Vanzelfsprekendheden over verandering gaan op de helling in het boek ‘Onveranderbaarheid van organisaties’ van Leike van Oss en Jaap van ’t Hek. Van Oss en Van ’t Hek zijn aanhangers van het sociaalconstructivisme van Karl Weick en de Nederlandse vertegenwoordigers Thijs Homan en Wim de Moor. In de vele sprekende cases klinkt hun advies en interim-managementervaring van organisatievragen.nl door. Hun benadering van vraagstukken blijkt uit de keuze voor een variëteit aan beelden en analoge perspectieven op onveranderbaarheid. Dit spreekt ook uit de fraaie intermezzo’s door toppers uit diverse gebieden: taalkunde, neurologie, woningbouw, sociologie, biologie, filosofie en archeologie.
De ‘Onveranderbaarheid van organisaties’ van Leike van Oss en Jaap van ’t Hek (www.organisatievragen.nl) gaat over de vraag waarom het voor organisaties, middenmanagers en medewerkers vaak goed is om níet te veranderen. Sleutelbegrippen in dit betoog zijn ‘robuustheid’ en ’taaiheid’.
Robuustheid is het vermogen van een organisatie om stabiliteit te bieden door basispatronen en ‘de kern’ van organisatie te behouden in geval van een poging tot verandering. Robuustheid blijkt uit patronen die richtinggevend zijn voor gedrag.
Taaiheid is wat ontstaat als veranderaars proberen ter discussie te stellen wat vanzelfsprekend is en ander gedrag vragen van werknemers. Taaiheid ontstaat wanneer veranderingen onvoldoende aansluiten bij de complexiteit en mogelijkheden van de organisatie en de mensen. Als een veranderaar dan probeert door te duwen, ontstaat nog meer taaiheid.
Het boek is zeer toegankelijk, soepel geschreven en helder van structuur. De samenhang tussen de onderdelen zijn verduidelijkt met een paar krachtige en eenvoudige schema’s. Naast de uitleg van de sleutelbegrippen is paragraaf 9.1 een voor mij herkenbaar onderdeel in het boek. Dit stuk gaat over de ‘coping’-strategieën van medewerkers bij organisatieverandering: ze bewegen mee, doen een beetje mee, enzovoort. Het beeld van medewerkers is verder weinig waarderend. Ze worden eerder in het boek (paragraaf 6.3) bijvoorbeeld slechts beperkt gewaardeerd door de constatering dat er meestal maar een paar hoogvliegers zijn. De rest leert onvoldoende en draagt daarmee bij aan meer taaiheid. Een goede veranderaar zou in geval van ervaren taaiheid zijn ambitieniveau naar beneden kunnen bijstellen.
Met het boek van Van Oss en Van ’t Hek wordt een bijdrage geleverd aan de verspreiding van het sociaalconstructivistisch denken in het denken van managers en de organisatieadviespraktijk. De taal van Weick (‘enactment’, selectie en retentie) wordt al meer toegankelijk gemaakt. De taal van Van Oss en Van ’t Hek sluit goed aan op het begrippenkader van Homan’s ‘Organisatiedynamica’ met ‘betekeniseilanden’ en ‘organisatielandschap’. Blijft het tribuut aan Weick’s ‘The social psychology of organizing’ en ‘Sensemaking’ met uitgebreide uitleg in hoofdstuk 1 en een bijlage, wel wat aan de forse en weinig kritische kant.
De poging om vier veranderstrategieën met gevoel voor robuustheid te formuleren (hoofdstuk 11) is wat mij betreft minder geslaagd. Algemene omschrijvingen als ‘het creëren van randvoorwaarden voor het organiseren van nieuwe betekenissen’ zijn onvoldoende. Overigens sluit dit wel aan bij de benadering die Joop Swieringa en Jacqueline Jansen kiezen in hun boek ‘Gedoe komt er toch’. Na een goede startvraag is de rest van de interventie vooraf nog niet te bepalen. En een realistische en leesbare aanpak voor veranderen in complexiteit en chaos is een paradoxale opgave, dat blijkt maar weer.
Het boek ‘Onveranderbaarheid van organisaties’ verdient complimenten voor het bewust maken van wat er gebeurt in een organisatie bij verandering: de onduidelijkheid, onwennigheid, onzekerheid en het gebrek aan vrijheid om te handelen die ontstaat wanneer nieuwe wegen in robuustheid gezocht moeten worden. Die werking van het sociale systeem is door Van Oss en Van ’t Hek mooi beschreven. Een aanrader voor veranderkundigen die robuust genoeg zijn om na te denken over onveranderbaarheid en voor managers en jonge adviseurs met een te positivistisch en simplistisch beeld van organiseren!
Over Friso van Abbema
Friso van Abbema is ondernemer en organisatieadviseur. Hij adviseert en helpt organisaties in het publieke domein met het organiseren en resultaten bereiken via samenwerkingsverbanden.
Van Ravenstein, Geeft verfrissend inzicht in de werking van organisaties
In het woud aan boeken over verandering is dit mooi compacte boek over onveranderbaarheid prettig anders. Het pretendeert namelijk geen één vaste aanpak met stappen en modellen. Het doet recht aan de complexe werkelijkheid. Op zo’n manier dat het inzicht geeft door inzichten uit theorie en praktijk samen te brengen. Originele extra’s zijn de prachtige parallellen met andere wetenschappen. ONveranderbaarheid van organisaties is intelligent en doordacht opgezet en geschreven.
Het boek is een echte aanrader voor iedereen die organisaties echt wil begrijpen en wil helpen steeds succesvoller te zijn (lees niet per se veranderen).